Het verhaal van Bacchus, ook bekend als de Griekse Dionysus, begint aan de oever van de rivier Asopos, bij Thebe, wanneer de oppergod Zeus zijn oog laat vallen op de knappe Semele. Hij zweert dat hij haar de zijne zal maken en zo geschiedde. Het resultaat van hun korte amoureuze samenzijn is een baby met kleine hoorntjes op zijn hoofd die, zo wordt gezegd, geboren wordt uit het dijbeen van zijn vader.
Dit vreemde begin van Bacchus' leven zou tot nog vreemdere verhalen leiden, die door de millennia heen zijn doorgegeven door dichters, sprookjesvertellers en historici. Al die mythen uit een verloren gegane wereld zijn nu bijeengebracht: hoe Bacchus in zijn jeugd op de berg Nysa tussen nimfen en saters vertoefde; hoe hij genadeloos wordt opgejaagd door de godin Hera die woedend is om dit slippertje van haar man Zeus; hoe Bacchus over India en andere landen zegevierde toen hij nog een sterveling was, en natuurlijk over zijn vele liefdesverhoudingen met als hoogtepunt het moment dat hij Ariadne redde van Naxus nadat zij daar door Theseus was achtergelaten.
Bacchus is misschien wel het bekendst om zijn cadeau aan de mensheid: wijn! Daarmee bracht hij plezier en genot, maar ook razernij en dood, getuige de tragedie van Pentheus die wordt verscheurd door Bacchanten, onder wie zijn eigen moeder.
Alle fascinerende episoden uit het leven van de god van de wijn zijn hier verzameld uit een verbazingwekkend grote hoeveelheid bronnen, waaronder nauwelijks bekende fragmenten uit liederen die werden gezongen bij inwijdingsriten.
Dit boek brengt Bacchus weer tot leven als nooit tevoren!