Deze titel kan niet worden besteld.
Deze titel kan nu niet besteld worden. Probeer het later opnieuw

KAPITEIN ROB & TERSCHELLING - George Visser e.a. - West-Terschelling z

Schrijver:
Titel: KAPITEIN ROB & TERSCHELLING - George Visser e.a. - West-Terschelling zoals Kapitein Rob het in de vijftiger jaren zag - uitg. Stichting Zeeschuim, 1e dr. -geillustreerd door Peter Kuhn e.a.
Taal: Nederlands
Uitgever:
Bijzonderheden:
Prijs: € 17,50
Verzendkosten: € 4,85 (binnen Nederland)
Meer info:
Terschelling was voor striptekenaar Pieter Kuhn een onuitputtelijke inspiratiebron. Zijn stripheld kapitein Rob, met zijn onafscheidelijke schipperspet, pijp en hond Skip, verijdelde er de snode plannen van oud-nazi's, voerde er ellenlange gesprekken met Sjoerd Kompas en meerde zijn Vrijheid aan in de haven van West-Terschelling....
rec. De zeeman brengt de meisjes naar een klein gebouwtje vlak bij de haven. 'Kapitein Rob is hier binnen', zegt hij terwijl hij de deur openduwt. De meisjes volgen hem argeloos. Wat een zonderling gebouwtje!Voor eenieder die met de veerboot in de haven van West-Terschelling aankomt, is Het Wakend Oog met leugenbank - 't Wachthuusbankje - het eerste gebouw dat in het oog springt. Het huidige café en koffiehuis is ooit gebouwd als maçonniek tempeltje, maar werd in 1882 door een nazaat van burgemeester Eschauzier - van het Lutinegoud - geschonken aan de Schippersvereniging 't Wakend Oog.In de volksmond heet het gebouw ook wel 't Wachthúske. Dat het ooit officieel Willem Barendshuis is genoemd, weet bijna niemand meer. Wie dat nog wel weet, is Hessel Klijn, een van de oudste bewoners van het eiland. Op het leugenbankje vertelde hij in de jaren vijftig aan kapitein Rob's alter ego, de Amsterdammer Pieter Kuhn (1910-1966) het verhaal over het vergaan van de loodsschoener in 1925.Het was een van de vele verhalen over Terschelling die Kuhn in zijn door opeenvolgende wederopbouwgeneraties verslonden stripserie gebruikte. Kuhn was vooral tekenaar. Zijn strips werden grotendeels op tekst gezet door Evert Werkman, journalist bij Het Parool, de krant die de strips dagelijks publiceerde. (Ze verschijnen nu nog altijd in het Friesch Dagblad.) Het Waddeneiland dat Kuhn een aantal malen bezeilde en bezocht was voor hem een onuitputtelijke inspiratiebron.Drie volledige stripverhalen gaan uitsluitend over Terschelling Het Geheim van de Bosplaat (1947), De Ontdekking van Krijn Storm (1954) en Het Geheim van de Westergronden (1958). Maar ook in andere verhalen, met exotische titels als De Condors van het Andesgebergte, De Zwerftocht van de Havik, De Speurtocht van De Vrijheid, De Verdwenen Erfgenaam of De Schimmen van de Nevelvallei komt Terschelling regelmatig voor.Het eiland is zuinig op zijn helden. Sinds de zomer van 1994 heeft kapitein Rob al een eigen monument, verscholen in de duinen van de Bosplaat, daar waar hij een van zijn meest aansprekende avonturen beleefde. In Het Geheim van de Bosplaat immers weet hij de snode plannen van oud-nazi's te verijdelen, een daad die hem tot de koene stripheld van vele jonge avonturiers maakte. Die jongeren hebben er een pelgrimsoord bij een speciale Kapitein Rob-wandelroute door West-Terschelling, gemarkeerd door blauwe tegels in het plaveisel met daarop de bekende beeltenis van de held met zijn onafscheidelijke schipperspet, pijp en hond Skip.De 'Brandaris' komt even later zo dicht langs, dat de schipper Rob kan praaien. Hij hoort dat het toestel inderdaad in zee is gestort en wel bij de Westergronden. Dat heeft de kustwacht vanaf de vuurtoren natuurlijk kunnen waarnemen.De route voert onder meer langs museum 't Behouden Huys, waar beheerder Sjoerd de Feyfer, ofwel Sjoerd Kompas, achter in het kombuis uren met Rob over varen praatte, en langs de Frethoek aan de westkant van vuurtoren de Brandaris. Het is een echte volksbuurt met hardwerkende en gezellige mensen. Hoewel zijn schoonvader - Kuhn liet zijn held met Paula trouwen, maar dat verdriette vooral lezeressen van Het Parool zo dat zij van het toneel verdwijnt en plaats maakt voor mooie, jonge vrouwen als Rosemarie, Eva Kirshaw, Lisca, Ann Greenwood, Francesca Robbia, Fatima en Katjenka Sarinova - in de Eschauzierstraat woonde, kwam Rob het liefst in de Frethoek. Daar kwam hij over de vloer bij Jan Kooyman, bijgenaamd Jan Veeboot, van wie hij verhalen hoorde over het jutten als pure noodzaak om in leven te blijven.Het gestrande schip is een Zweed. De zuidwester storm heeft het schip naar de kust gejaagd en daar zit het nu muurvast op een van de verraderlijke banken.Uiteraard spelen de haven, visserij, zeehondentochten, reddings-, sleep- en veerboten een grote rol in een aantal van de in totaal 73 stripverhalen die Kuhn tussen 1945 en 1966 bedacht. De wandelroute voert dan ook voor een groot deel door het havengebied. Op het eiland leerde Rob de schippers Klaas Tot en Jannes Toxopeus van de reddingsboot Brandaris II goed kennen. De zeehondenjacht was in die tijd nog heel gewoon en werd pas in 1962 verboden. Honderden zeehonden liggen nu weer op de zandplaten. Van afstand kunnen ze met de IJmond of Stortemelk worden bekeken. Strandingen komen nog wel voor, maar nu van onervaren pleziervaarders in plaats van grote koopvaardijschepen.Rob zeilde met De Vrijheid en later met de in Harlingen gekochte tjalk Vrouwe Anna. De haven van West-Terschelling werd in de jaren vijftig zijn vaste ligplaats. De haven was in die tijd gevuld met sleepboten, schelpenzuigers en vissersboten. Nu liggen er fraai gerestaureerde oude vrachtschepen van de bruine vloot afgemeerd. Op de kleine radio aan boord luisterde de kapitein graag naar jazz (Django Reinhardt en Louis Armstrong waren zijn favorieten) en volkse muziek (Mario Lanza en Tante Leen). En natuurlijk luisterde hij steevast naar De Bonte Dinsdagavondtrein van de VARA, want Rob was een stripheld waarmee gewone stervelingen zich konden identificeren.Het weer is nog steeds slecht en wanneer Rob boven op de Brandaris staat ziet hij uit over een zee, waarvan de golven worden voortgestuwd door een harde wind.Het baken van Terschelling is de Brandaris die in de tijd van kapitein Rob nog tegen een geringe vergoeding kon worden beklommen. Nu kan er alleen nog, tegen een aanzienlijk hoger tarief, op de tweede verdieping worden getrouwd. De huidige toren (1594) staat er inmiddels al weer ruim vier eeuwen, maar hij heeft twee voorgangers gehad. Wanneer Terschelling in de veertiende eeuw een verbond sluit met de rijke koopmansstad Kampen, wordt al gewag gemaakt van een bouwwerk ter geleiding van de scheepvaart. Maar de eerste Brandaris is op 22 januari 1593 'omghestort en in zee ghevallen'. De tweede Brandaris moet in zo korte tijd worden opgebouwd dat hij niet wordt voltooid. Door een combinatie van te veel haast en inferieure bouwmaterialen stort hij halverwege de bouw in. Hierbij blijven 'ses Persoonen doot'.Voorjaar op Terschelling! In de Waddenzee is het laatste ijs weggesmolten en op de Bosplaat, ver van de bewoonde wereld, broeden de meeuwen.De nostalgische wandelroute langs meer dan dertig gebouwen en andere oriëntatiepunten uit het werk van Kuhn is één grote Aha-Erlebnis voor de liefhebbers, die tegenwoordig twee- tot driehonderd gulden overhebben voor een stripboekje dat hun collectie voltooit. Initiatiefnemer van de Wandelroute, Stichting Zeeschuim bestaande uit de eilanders Rinus Kloe, Jan Pieter Kok en George Visser, heeft er een aardige gids bij gemaakt met foto's uit de jaren vijftig, tekeningen en citaten uit strips. De stichting exploiteert in De Kraak, de voormalige gereformeerde kerk, een maritiem antiquariaat. Een tentoonstelling laat zien dat kapitein Rob keer op keer niet alleen Pieter Kuhns eigen droom maar die van velen heeft laten uitkomen daar willen zijn waar je niet bent
Verder lezen

VOL-DE-VENT uit Zwolle

particulier

Logo VOL-DE-VENT

De verkoper zal binnen 3 werkdagen contact met u opnemen om de koop verder af te handelen.

Afbeeldingen (Klik om te vergroten)

 - KAPITEIN ROB & TERSCHELLING - George Visser e.a. - West-Terschelling zoals Kapitein Rob het in de vijftiger jaren zag - uitg. Stichting Zeeschuim, 1e dr. -geillustreerd door Peter Kuhn e.a.