In deze derde aflevering van de Algemene Woordenschat van het Woordenboek van de Limburgse Dialecten (WLD) worden de Limburgse benamingen van de wilde of ecologische flora gepresenteerd. Te samen met de in 2001 verschenen twee afleveringen over de wilde fauna is hiermee de beschrijving van de dialectwoordenschat van planten en dieren in de beide provincies Limburg compleet.

De ongeveer 10.000 trefwoorden uit het register vormen de Limburgse dialectbenamingen van wilde planten en van algemeenheden uit het plantaardig leven. Ze worden behandeld in 320 lemma's of artikelen, waarin de planten eerst kort worden beschreven naar uiterlijke kenmerken en biotoop. In het eigenlijke lemma worden dan alle dialectbenamingen uit de twee provincies Limburg opgenomen met vermelding van de plaats of de streek waar ze voorkomen. Ruim 260 foto's, alle van de hand van ze voorkomen. Ruim 260 foto's, alle van de hand van botanisch fotograaf Martijn Essers, illustreren de beschrijvingen en 184 taalkaarten visualiseren de verspreiding van de dialectwoorden.

De planten worden niet in alfabetische volgorde gepresenteerd, ook niet naar de wetenschappelijke classificatie van de botanie, maar naar hun voorkomen in de belevingswereld van de dialectspreker. Zo komen eerst de bomen en struiken ter sprake, dan de planten van bos en bosrand, de flora van akkers en wegkanten, vervolgens die van heide en schraal grasland, dan de moeras- en waterplanten en tenslotte de paddestoelen en zwammen. In het Ten Geleide is een uitgebreide bibliografie opgenomen.