En hier dus, in de ijskoude ontbijtkamer, tussen de armzalige stoelen, waar Laura nog steeds de vieze krant waar ze net mee stond te boenen in haar handen houdt, waar Tony, nog altijd hopend op een taxatie, over mijn schouder kijkt, en waar Kate, nog steeds de reiswieg wiegend, op de drempel staat, vallen mijn ogen er voor het eerst op. Op mijn lot. Op mijn triomf, mijn kwelling en mijn ondergang.'

Het had een rustige tijd moeten worden, met vrouw en kind op het Engelse platteland. Maar na een beleefdheidsbezoek aan de buren, die graag advies willen over hun schilderijen, vergeet Martin Clay zijn eigenlijke professie, de filosofie, ten gunste van zijn nieuwe hobby, de kunstgeschiedenis. Tussen alle rommel die er in het enorme huis van de buren te vinden is, staan namelijk een paar niet onaardige schilderwerken. Daaronder, Martin weet het met intuïtieve zekerheid, een onbekend schilderij van Pieter Bruegel de Oudere.

Als een ware amateur detective gaat Martin te werk om achter de identiteit - en in het bezit - te komen van het doek. Om zijn interesse niet te laten blijken, heeft hij er slechts één korte blik op kunnen werpen. Is het inderdaad de ontbrekende schakel in Bruegels serie van de maanden van het jaar? En wat weten we eigenlijk van Bruegel, de man die het, niet-schilderbare kon schilderen'?

Zijn zoektocht ontwikkelt zich tot een spannend en meeslepend verhaal, niet alleen over een man en zijn obsessie, maar ook over Bruegel en het leven in het Vlaanderen van de zestiende eeuw.