Uit het juryrapport Nico Scheepmakersprijs:\n\n'Boers beschrijft van binnenuit hoe de welhaast maniakale planmatige aanpak van wielerteam Jumbo Visma tot successen leidde en hoe de wielerploeg erin slaagt om van zwakke broeder in het peloton uit te groeien tot de beste equipe ter wereld. Boers ontleedt het succes en gidst zelfs de grootste wielerleek door de wereld van ketonen, aerodynamica en wattagemeters. ‘Het Plan’ is een sportboek, een managementboek én een spannend verslag van een van de grootste sportwedstrijden ter wereld ineen. Een verslag dat spannend blijft, ondanks dat je het resultaat al kent. Hoe is dat gelukt? Doordat het team - renners en begeleiders - zich zo lang volledig openstellen voor de journalist, maar vooral doordat de journalist het zó ontzettend goed opschreef.’ \n\nEen bijzonder geslaagd boek […] Een managementboek, wielerhistorisch werk, persoonsschets en soms bloedstollende reconstructie ineen. Het laat de lezer zonder twijfel met andere, en meer deskundige, ogen kijken naar de Tour de France.’****, 4 vier ballen – NRC\n\n'Heel knap hoe Boers naar het glorieuze moment [tour-winst 2022] toewerkt.’ ****, 4 sterren – de Volkskrant\n\nAchter de schermen bij de Nederlandse wielerploeg Team Jumbo-Visma. \nOp 24 juli 2022 zette Team Jumbo-Visma de kroon op het werk toen Jonas Vingegaard als winnaar van de Tour de France Parijs binnenreed. In de drie jaar voorafgaand aan de Tourwinst verbleef schrijver Nando Boers dicht bij Team Jumbo-Visma. Hij mocht als fly-on-the-wall overal bij aanwezig zijn en zag zo van nabij hoe de tactische raceplannen van de wielerploeg werden gevormd en uitgevoerd. \n‘Lezenswaardig. […] Het boek laat mooi de keerzijde van het moderne wielrennen zien. […] Boers durft af te wijken van de voor de hand liggende verhaallijn: wielrenners volgen.’ – Het Financieele Dagblad\n‘Boers is erin geslaagd om een hoogst interessant en voor het archaïsche, gesloten wielrennen zeer revelerend boek af te leveren. Een aanrader voor eenieder die geïnteresseerd is in topsport, en dat hoeft niet eens wielrennen te zijn.’ – De Morgen