Het was ter gelegenheid van Koninginnedag in 1911, 31 augustus, dat Anthony Fokker zijn in Duitsland gebouwde vliegtuig mee naar Nederland nam om daar zich voor het eerst te presenteren in de stad waar hij was opgegroeid. Net buiten Haarlem steeg hij op om te vliegen over Haarlem met als hoogtepunt 'een rondje Bavo' op 1 september. Dit optreden was het begin van zijn glansrijke carrière in de luchtvaart. Een aantal vliegtuigtypen die hij in de Eerste Wereldoorlog bouwde voor de Duitse luchtmacht waren superieur en na die oorlog hebben zijn verkeersvliegtuigen een grote rol gespeeld in de ontwikkeling van de civiele luchtvaart in de wereld. De Fokker F.7's met alle varianten waren terug te vinden op alle continenten en vlogen bij alle grote luchtvaartmaatschappijen. Helaas stierf Fokker voortijdig in 1939, de fabriek achterlatend zonder zijn inspirerende leiding. In de bezettingsjaren was de fabriek door de Duitsers geconfisqueerd en moest er voor de Duitsers worden gewerkt. Hoewel duizenden mensen werden aangenomen, - als je bij een voor de Duitsers werkend bedrijf werkte werd je niet opgepakt -, is er in die jaren weinig geproduceerd. Na de oorlog pakte Fokker de draad weer op. Na meer en minder succesvolle projecten kwam Fokker met een nieuw turbopropverkeersvliegtuig, de F.27 Friendship. Dit toestel was het begin van een serie zeer succesvolle verkeersvliegtuigen voor de korte afstand. De F.28 Fellowship kwam in 1967 en halverwege de jaren '80 volgden de Fokker 50 en Fokker 100. Later nog gevolgd door de Fokker 60 en Fokker 70. Het is geen Koninginnedag, maar op 31 augustus vieren wij 100 jaar Fokker. 100 Jaar geschiedenis en nog steeds doen vele tientallen Fokkers van na de oorlog hun werk in dienst van luchtvaartmaatschappijen, luchtmachten en overheden. Daarnaast zijn alleen in Nederland al zo'n kleine 100 Fokkers in wat mindere, goede en zeer goede staat. Enkele tientallen vliegen ook nog. De geschiedenis van Fokker leeft en we hopen dat dat nog lang zal voortduren.